Alsof de tijd heeft stilgestaan.

Twee jaren, 730 dagen. Twee jaren heeft het leven een ander doel gehad dan werken om de kost te verdienen. Twee jaren hebben in het teken gestaan van een ziekte die zich onzichtbaar verspreidde in dit lichaam en het langzamerhand kapot maakte. Toegegeven, niet al die 730 dagen omdat ik aanvankelijk de indruk had een burn out te hebben. Ik was aan het verhuizen en het ‘stormde’ op de zaak. Twee jonge kinderen én niet te vergeten een vrouw. Ik vermoedde nooit dat ik ziek zou zijn anders dan geestesziek. Maar, in de orde van grootte van, twee jaren geleden hoorde ik dat deze tempel in verval was. Dit heilige huis waar ik al meer dan 40 jaar in leefde was aan het kapot gaan.

We hebben álles uit de kast getrokken om de kanker te overwinnen en terug te keren naar een, sort of, normaal leven. Ik herinner me dat Olga en ik tegen elkaar zeiden:”Over een paar jaar lachen we er om!” Wie weet hadden we gelijk. Ik heb voor alsnog de mannenkanker overwonnen en klim langzamerhand weer omhoog. Dat is een baan. Rijden ván en naar ziekenhuizen en regie houden over de behandeling. Een meisje in een Rotterdams ziekenhuis erop wijze dat ze werkelijk niet één keer in de afgelopen 14 dagen het eten heeft gebracht dat ik had besteld. Slangen in deze tempel via ingangen die er óf eerst niet waren óf slechts bedoeld zijn als uitgang en zeker niet als ingang. Afspraken in de gaten houden omdat sommige artsen een maand wachten met onuitstaanbare pijnen een redelijke termijn vinden. Het is een baan op zichzelf met bijbehorende ergernissen en figuren die langskomen die je het liefste een plaats aan de gevel van het pand zou gunnen. Twee jaren! Die gaan heel snel. Voordat je het weet loop ik naar de achterdeur van mijn werk en houd mijn witte pasje voor de toegangsindicator van mijn werk. Het apparaat zegt “piep” maar dan op de manier zoals iedereen het bedoelt.

Reïntegreren. Na een ongevraagde baan van twee jaren terugkeren op een werkvloer waar ik 22 jaar geleden voor heb gekozen. Er is veel veranderd; in die 22 jaar bedoel ik. Twee verhuizingen en meerdere reorganisaties. Van lerende organisatie naar lerende organisatie waarin wederom een klacht als kans wordt gezien. Waar mensen werken worden fouten gemaakt en slijten patronen in. De patronen zijn, als je goed kijkt, te zien in de paadjes in de vloerbedekking. Als deze paadjes te diep worden dan staat er een reorganisatie voor de deur met nieuwe vloerbedekking. Heilige huizen van de organisatie nemen afscheid om hun volgende levensfase door te brengen met partners en/of geliefden. Langzaam maar zeker verschuiven de ‘groentjes’ naar de plaats van steunpilaren van de organisatie. 730 dagen later mag ik dat als buitenstaander observeren en meemaken. Daar waar ‘kletsen’ is geëvolueerd naar ‘verbinden’, heerlijk!

Heilige huizen. Voordat ik ziek werd was mijn hobby het schoppen tegen deze pilaren van de organisatie. Als je ergens tegenaanschopt heeft dat ergens een effect. Bij een heilig huis is dat effect gering. Heilige huizen zijn er om systemen in stand te houden en te ondersteunen. Zonder een heilig huis is een organisatie, een organisme, los zand en gedoemd te mislukken. Een lerende organisatie krijgt te maken met heilige huizen en een lerend lichaam krijgt dat ook. Daar waar ik me had voorgenomen om geruisloos mijn rentré op de werkvloer te maken is dat echt mislukt. Ik wilde graag met mijn tas binnen komen sjokken en in een hoek van de vloer een plekje vinden. Twee jaar geleden dacht ik dat ik overspannen was omdat ik mij overal tegen aan bemoeide. Hoewel het maar kanker was, lag overspannenheid toch wel op de loer toen. Dus ik was vastbesloten dit anders te gaan doen. Conclusie: Mislukt. Ik word overal getriggerd door heilige huizen die de organisatie staande houden. Ik ben bang dat het mijn DNA is. Dat DNA heeft mij aardig op de korrel gehad, maar sommige dingen blijven, ook bij mij. Aanvalsplan is mislukt.

Maar wat vind ik het, tot nu toe, heerlijk. Het is opmerkelijk om te zien hoe weinig er anders wordt in twee jaren. Patronen blijven het zelfde. Veel van de spelers worden anders maar de patronen blijven het zelfde. Ik mag daar weer een klein deeltje van uitmaken. Ik had dat niet durven dromen twee jaar geleden. Het is hard werken om het tempo weer op te pakken. Ik zie het nog niet zo goed voor me hoe ik mijn oude werkzaamheden weer écht zal oppakken. Maar dat is een zorg voor de toekomst. Ik ben er weer; the bitch is back! Daar waar mijn leven de afgelopen dagen, maanden en jaren zijn een achtbaan in mijn persoonlijke leven. Maar ‘op de zaak’ is alles rustig en voorspelbaar. Ik dompel mij er in onder en doe mijn best om er weer deel van uit te maken. Mijn lijf is er nog niet, maar met mijn hoofd zit ik alweer op de bank bij klanten die allemaal hun eigen verhaal hebben. Ik kan eignlijk niet wachten. Mijn lijf kan wel wachten helaas… ik doe het rustig aan. Of dit de baan van m’n leven is? Nee, dat denk ik niet. Maar het was een belangrijk onderdeel van deze tempel en ik ga dat deel langzamerhand archeologisch weer opvissen.

7 Reacties op “Alsof de tijd heeft stilgestaan.”

  1. Wat fijn, dat je weer terug bent op de werkvloer. Dat je eigen houding en kijk op ‘de zaak’ nog dezelfde is gebleven! Houd vol, ze hebben jouw kijk op de zaak hard nodig!!

    Like

Geef een reactie op Barbara van den Brink Reactie annuleren