Jaap

In december 2020 werd ik opgenomen in het ziekenhuis omdat mijn galblaas verwijderd moest worden. Dit om problemen in 2021 te voorkomen tijdens mijn chemo’s en eventuele stamceltransplantatie. Ik was erg gespannen voor de procedure en alles er om heen. Toen ik binnen hobbelde op de afdeling Hematologie waar ik een paar dagen zou gaan logeren. Op kamer 19 maakte ik kennis met Jaap en Twan. Met name Jaap was positief aanwezig en fit. Jaap zat in het traject voor zijn stamceltransplantatie, week twee was net begonnen. Twan was toen erg ziek en zat in z’n dip. Maar Jaap was optimistisch gestemd voor de toekomst. Hij was van plan om te genezen en nog lang mee te gaan in deze wereld. Jaap was voor mij een voorbeeld van hoe een behandeling zou kunnen verlopen. Een zware behandeling zou niet per definitie inhouden dat ik krom boven een pot zou hangen en alleen maar heel erg ziek zou zijn.

In januari 2021 werd ik opgenomen voor mijn eerste chemokuur. Ik was een diagnose rijker en aardig wat perspectief armer. Ik werd weer opgenomen op de hematologie, deze keer op kamer 16. Ik was gespannen voor wat er komen zou. Maar op mijn opnamedag werd ik verrast door een andere gast op de afdeling. Ik zag dat Jaap er ook weer was. Hoewel een ziekenhuisopname nooit goed nieuws is gaf het mij toen een soort geruststelling; een bekend gezicht. Iets om me aan vast te houden. Na een korte herintroductie herkend Jaap mij van begin december 2020 en raakten we, als vanouds, weer aan de praat. Jaap was terug in het ziekenhuis omdat zijn lijf een virus maar niet onder controle kreeg en hij daarvoor medicatie nodig had. Peanuts dacht Jaap, maar vervelend dat er een lange opname voor nodig zou zijn. Hij dacht een week of twee à drie en dan zou hij weer naar huis kunnen.

Met mijn kamergenoot op kamer 16 ging het niet goed en daarom kwam er op enig moment een room swop en werden Jaap en ik opnieuw kamergenoten. Het was bijna leuk, als het niet zo vervelend was om in het ziekenhuis te liggen. Ook Jaap leek het aangenaam te vinden en er volgden een aantal dagen die best gezellig waren. Onderling hebben we grappen gemaakt en wedstrijdjes als er weer eens plasmedicatie toegediend moest worden. Ook spraken we regelmatig over mijn idool, Herman Finkers, waar ook Jaap veel werk van kende. We hebben gelachen. Ook hebben we gesprekken gevoerd over ons beider werk en de stand van zaken in de wereld; Jaap was advocaat. Het is zeker niet zo dat we de hele dag in gesprek waren maar vaste momenten, zo rond de maaltijden, waren gezellig of vermakelijk.

Op enig moment echter ging het met Jaap iets minder goed. Voor mij is de oorzaak onduidelijk en niet relevant. Maar het resultaat was dat Jaap niet langer mijn kamergenoot kon zijn en verhuisde naar een éénpersoons kamer. Daar hebben Jaap en ik nog een paar dagen contact gehad tot dat daar de deur dicht ging. Een dichte deur houdt in dat het met de bewoner dusdanig slecht gaat dat er isolatie nodig is om zichzelf en anderen te beschermen. De avond voordat de deur dicht ging heb ik Jaap nog even gezien op kamer 16; we hebben kort gesproken en uitgewisseld dat het best goed ging met ons. We hebben afscheid genomen en welterusten gezegd.

In het ziekenhuis lig je voor jezelf. Je hoort niets over het welzijn van andere patiënten omdat dit niet zo hoort en niet mag. Dat is, vind ik, een goede zaak. Maar wel een rare situatie omdat je met sommige patiënten lief en leed deelt. Via via vernam ik dat Jaap was opgenomen op de Intensive Care. Daar kom je niet terecht als het heel goed met je gaat. Maar daarnaast is het doel van een IC opname dat je weer wordt opgelapt, dus zegt het ook niet alles. Maar ik was wel bezorgd om Jaap. Zijn lijf liet hem blijkbaar in de steek; shit! Zijn kamer bleef leeg maar op de deur bleef zijn naam staan dus ik hoopte en verwachte dat hij terug zou keren als zijn conditie dit zou toestaan. Tot de dag dat ik een schoonmaakploeg op de kamer zag. Jaap zou niet op korte termijn terugkeren op ‘zijn’ kamer. Logisch ook wel, want als hij ‘slecht’ lag dan werd er een bed bezet gehouden waar een andere patiënt gebruik van zou kunnen maken. Maar mij bekroop ook het gevoel dat Jaap de IC misschien wel helemaal niet levend had verlaten. Niemand vertelde mij hier iets over; mag niet van de wet.

Gisteren avond zat ik met Olga op de bank. Ik weet niet meer hoe ik er in mijn hoofd op kwam maar ik ging googelen ‘Jaap Y overleden’. En tot mijn schrik kreeg ik een ‘hit’ met een foto. Jaap is overleden; zijn foto en een online in-memoriam bevestigden mijn angst. Jaap is niet meer. De ziekte heeft gewonnen. Shit!

Dit feit drukte Olga en mij met onze neus op de feiten. Ik ben nu thuis in afwachting van de werkzaamheid van de huidige chemokuur. Het plannetje is om door te gaan met een volgende kuur om dan uiteindelijk, op enig moment, een stamceltransplantatie te ondergaan. Dit bericht was een reality check 2.0. Het dokteren met bloed en beenmerg was reeds vergevorderd maar niet een wet van Meden en Perzen. Toeval en omstandigheden spelen een grote rol en maken dat de uitkomst van een ingezette behandeling niet op voorhand vast staat. “Beter worden” en/of herstellen is afhankelijk van wetenschap maar ook een hele serie variabelen waarop slechts beperkt invloed kan worden uitgeoefend met mogelijk de dood tot gevolg. Dit was Jaap overkomen. Daar waar ik Jaap een paar weken geleden als een redelijke vitale man had ontmoet kan hij thuis niets meer vertellen over wat hij heeft meegemaakt op kamer 16.

Jaap. Dank je wel voor je aanwezigheid en broederschap tijdens onze opname! Dank je wel voor je humor en relativering. Wat stom vind ik het dat je er niet meer bent! Je hebt gestreden met het hoofd om hoog maar bent nu uit de tijd gekomen. Ik wens jouw nabestaanden het allerbeste bij het verwerken van hun verlies! Het ga je goed man!

3 Reacties op “Jaap”

  1. Het is ook geen wet van meden en Perzen, ik weet er alles van. Met z’n drieën waren we, de ene is 49 en de ander net 50, beide met een veel betere prognose. Ik met de slechtste. Zij vertellen het niet na helaas en ik wel. Dit vertel ik je om je hoop te geven, elke procent kans is er 1 en gelukkig pak je die ook, net als ik. Even een reality check is goed maar blijf positief!

    Like

  2. Erg confronterend voor je. Kan me voorstellen dat het je te denken geeft. Hij kon goed relativeren schreef je, neem een les aan hem, dat maakt het jezelf wel gemakkelijker. Maar ikbegrijp heel goed, dat gemakkelijker gezegd is dan gedaan. Ikwens je het aller, allerbeste toe en hoop dat je van je verblijf thuis tochten beetje kunt genieten..
    Ik denk aan je dappere dodo!

    Like

  3. Hey Hans, weet je nog die ene rode knop met herrie die je toen meenam naar de vt training?
    Ik wil er de hele tijd op drukken
    Hard
    Keihard
    Tot het stopt
    Liefs
    Diana

    Like

Plaats een reactie